Er zijn veel soorten motten. Maar bij bijna alle soorten zien de larven er hetzelfde uit. Dit zijn kleine wormvormige rupsen. Op hun buik hebben ze zes tot acht korte benen. De rupsen zelf zijn meestal licht van kleur. En hun hoofd, uitgerust met krachtige kaken, is donker.
Levenscyclus
Mottenlarven zijn ernstige plagen. Het zijn de larven die kleding, bont en textiel bederven. Vlinders zijn niet in staat dingen te bederven. Ze eten helemaal niet. Het mondapparaat van vlinders is geatrofieerd. Het is hun taak om hun eigen soort te reproduceren.
Vlinders geven de voorkeur aan vuile stoffen om eieren te leggen. Ze worden vooral aangetrokken door kleding met sporen van menselijk zweet, evenals tapijten waarop vloeistof is gemorst.
Hier voor insecten is er niet alleen voldoende voedsel, maar ook vocht. Rupsen drinken geen water. Daarom moet hun voedsel vocht bevatten.
Vrouwtjes leggen 30 tot 200 eieren. Al snel, letterlijk in vijf tot tien dagen, komen kleine, bijna microscopisch kleine rupsen uit de eieren. De larven beginnen meteen intens te eten.
Het voedselaanbod van larven van motten is zeer groot. Ze eten katoen, linnen, zijde, wollen stoffen en bont. Ze kunnen ook zemelen, meel, griesmeel en andere producten eten. In staat om veren en haar te verteren.
Na verschillende groeifasen verpopt de larve. Direct na het verlaten van de cocon beginnen volwassen vlinders te zoeken naar partners voor voortplanting. Kort na de paring sterven de mannetjes. Vrouwtjes sterven na het leggen van eieren.
Onder gunstige omstandigheden, een temperatuur van ongeveer 24 graden en een luchtvochtigheid van 70-75 procent, kan de levenscyclus van een mot binnen een maand eindigen. Bij lage temperaturen en vochtigheid kan het meerdere jaren meegaan.
